Onderstaand stuk vindt u in het nieuwste nummer van het Oostendse Het Visserijblad (Onafhankelijk Magazine van de Zee), jg. 84, met weer veel interessant nieuws over zee, scheepvaart, visserij. De schenen, die dat verdienen, worden weer eens niet gespaard. Het edito van Filip De Bodt doet je nadenken over een en ander. Maar er staan ook veel andere dingen in: schitterende foto’s van ‘Flitsmatroos’ Jo Clauwaert, fijne teksten van o.a. Freek Neyrinck, Peter ‘Blauwboek’ Holvoet-Hanssen, Jennifer Vrielinck. Je leest tevens een terugblik n.a.v. de nakende sluiting van het legendarische Café VéGé aan de Baelskaai: weer een stuk authentiek Oostende naar de haaien…
Uw dienaar mocht weer eens een stukske plegen over de driehoek zee-zeeman-muziek, de aanleiding om in alle windrichtingen allerlei wetenswaardigheden aan te boren. We willen u duidelijk aan het googlen zetten, Otorongo nog aan toe!
Lyle Lovett zorgt voor een heerlijke brok poëzie op noten… Een boot en een pony, meer heeft hij niet nodig…
HET MUZIKALE ANKER 30: Lyle LOVETT en ‘If I Had A Boat’
Vorige maal hadden we ‘t over Sting, de bassist, zanger en songschrijver van The Police, die in 2013 met ‘The Last Ship’ zijn elfde studioalbum had uitgebracht, een wat ondergewaardeerde plaat, omdat men Gordon ‘Sting’ Sumner wel eens durft te associëren met stadionrock en al te grote luxe, het straatje waarin bij voorbeeld ook een Bono woont. Maar ‘The Last Ship’ grijpt terug naar Stings herinneringen aan zijn jeugd in Wallsend in North Tyneside, langs de rivier de Tyne, in het noordoosten van Engeland. Leven was er synoniem van overleven. Men leidde er een bestaan van slaven in het zweet zijns aanschijns… en dat voor een schijntje. Tot dan, dus nog zonder ‘The Last Ship, hadden we achtentwintig afleveringen lang getracht verbanden tussen zee, zeevaart, zeelieden en muziek te belichten aan de hand van weinig bekende tot overbekende liederen uit alle windstreken… Losse link of hecht verband, ode aan de zee of afschuw voor scheepsrampen, verhalen uit een ver verleden of net heel dicht bij ons, alles was, is en blijft mogelijk.
In deze dertigste aflevering hebben we het over een merkwaardige Texaan en een liedje dat slechts van verre met de zee verbonden lijkt, een o zo aangenaam zoemend liedje, waarin de zanger met zijn tekst bokkensprongen lijkt te maken. Gaandeweg blijkt de puzzel in mekaar te passen. Lyle Pearce Lovett heet de man in kwestie, geboren in 1957 en actief sinds 1980. Er is kans dat u hem enkel (of vooral) kent als acteur, want hij was te zien in een flink aantal films, te beginnen met ‘The Player’, die merkwaardige prent van Robert Altman, die één lange sterrenparade is. Lovett, niet bepaald moeders mooiste maar wel voorzien van een, zullen we maar zeggen, karakterkop, leerde op de set de bloedmooie Julia Roberts kende. De twee kenden een passionele romance, die bekroond werd met een huwelijk in 1993. In Altmans ‘Prêt-à-Porter’ (1994) zaten zowel Roberts als Lovett. Maar de liaison hield geen volle twee jaar stand. Toch (her)kennen heel wat filmfreaks hem nog steeds als ‘de lekijkerd naast Julia Roberts’, Frankenstein naast de nottinghills. Sommige beelden blijven plakken.
Daarna ging het minder stormachtig en iets trager op emotioneel gebied: in 1997 kreeg hij een verhouding met ene April Kimble. Ze verloofden zich in 2003 en huwden in 2017. Lovett zat dus in nogal wat Altman films maar was ook te zien in episodes van zeer diverse TV-series (wij zagen hem een keer in ‘Castle’, seizoen 3, episode 9), schreef een zeldzame keer filmmuziek. In 1995 deed Lyle een duet met Randy Newman in Newmans overbekende ‘You’ve Got A Friend In Me’ voor ‘Toy Story’ (u kent allicht ook de versie van Arno, ‘Je bent een Vriend van mij’) Het aantal bijrollen van Lovett, cameo’s, deelnames aan tributes en speciale bijdrages in beeld en muziek is legio en, u raadt het, boeiende materie maar veel te veel voor dit Anker. Enkel nog dit. In 2010 kreeg Lovett een eredoctoraat: hij werd Doctor of Humane Letters aan de universiteit van Houston, TX, zijn geboorte- en thuisstad. Overigens was dat niet de enige universitaire award. Helemaal wat anders, maar niet ongewoon voor iemand uit de Lone Star State: Lovett is gek op paarden en paardendressuur. Hij doet mee aan competities in paardenmennen op het hoogste niveau. In 2002 werd hij aangevallen en in het nauw gedreven door een… stier in de farm van zijn nonkel. Het dier was geen muziekliefhebber, want een complexe beenfractuur en zes maanden revalidatie waren het gevolg van dit pijnlijke gebeuren. Waarna Lovett weer vrolijk op tournée ging.
Maar wat ons hier vooral interesseert aan deze man van alle seizoenen, is zijn muzikale inbreng en meer bepaald dat enigmatische ‘If I Had A Boat’. Zo leerden we de man kennen, met zijn briljante tweede plaat ‘Pontiac’ (1988) Zijn eerste plaat was het Europese publiek grotendeels ontgaan, al begon die ‘Lyle Lovett’ (1986) met zijn vermoedelijk grootste Amerikaanse succes, ‘Cowboy Man’. Het plaatste hem meteen met stipnotering in de rangen van de Texaanse singer-songwiters met een country en folk basis. Met ‘Pontiac’ werd echter duidelijk dat men Lovett niet het etiket van countryzanger mocht, heu, opzadelen, omdat je in zijn songs ook fijn verwerkte invloeden vindt van rock, blues, gospel, (Texas) swing en zelfs jazz (we zouden schrijven bigband jazz, maar dat vindt hij zelf niet zo’n gelukkige omschrijving) Die link met jazz zou hij onderstrepen als leider van zijn eigen Lyle Lovett And His Large Band, ook de titel van de opvolger van ‘Pontiac’ (1989). In 2007 zou hij met het live in de studio opgenomen album ‘It’s Not Big It’s Large’ trouwens hoog scoren.
Via ‘Pontiac’ maakte de melomaan kennis met liedjes die ver boven het gemiddelde staan, bij voorbeeld met de troosteloze titelsong, ook met ‘L.A. County’, country vol weerhaakjes, met het hilarische ‘She’s No Lady’ (‘The preacher asked her / And she said I do / The preacher asked me / And she said yes he does too / And the preacher said / I pronounce you 99 to life / Son, she’s no lady, she’s your wife’), met ‘Simple Song’ dat, zoals de titel impliceert, een heel eenvoudig lied is met een fijne boodschap. Maar de plaat opent met dat sprankelende, zonovergoten lied met de heerlijke openingszin: ‘And if I had a boat / I’d go out on the ocean / And if I had a pony / I’d ride him on my boat / And we could all together / Go out on the ocean / I said me upon my pony on my boat’ (zie de uiterst sobere maar bijzonder knappe officiële clip: https://www.youtube.com/watch?v=hpM8FjO4Vko ) Het openingsbeeld doet de fantasie meteen op hol slaan: als hij boot had (of zou hebben) én een pony, wat dan logischer dan met de viervoeter uit varen gaan? Niet? … Niet dus, want hoe mooi en vlot de verzen ook bekken, zo vanzelfsprekend is dat toch al niet meer, zo’n pony berijden op een veel te krap yacht (want met een oceaanstomer werkt dit sowieso niet…) …
Nee, we zijn niet de eersten om daar ons hoofd over te breken, temeer daar het vervolg hier niet meteen op aansluit: in de tweede strofe verschijnt zingende cowboy Roy Rogers met zijn beroemde paard Trigger. ‘I couldn’t bring myself to marrying old Dale’. Daarmee verwijst Lovett naar Dale Evens, de ‘tegenspeelster’ van Roy in de… reclame voor Nestlé’s Quick Strawberry Drink. Nestlé was begin de sixties de sponsor van ‘The Roy Rogers Show’, één der iconen van de Amerikaanse TV ( https://www.youtube.com/watch?v=XAjmCvBSRWo ) Het lijkt erop dat Lyle hier associaties maakt met beelden die onderdeel uitmaken van het gemeenschappelijk (onder)bewustzijn van het Amerika van halfweg vorige eeuw. De derde strofe bevestigt dat: want nu is er sprake van de gemaskerde The Lone Ranger, TV én radio held, de tegenhanger van Zorro. Ook hij had, zoals alle superhelden, een assistent in de vorm van Indiaan Tonto (die model zou staan voor onder meer Otorongo in het legendarische jeugdfeuilleton van de BRT, ‘Johan en de Alverman’) De acteur die Otorongo speelde, Adolf De Winter, werd dit jaar trouwens gevierd in de Otorongohoeve in Wetteren, precies dertig jaar na zijn overlijden.
Edoch, de Tonto van Lyle Lovett is de tweederangsrol als overal inzetbaar slaafje van de blanke duidelijk beu: ‘But Tonto he was smarter / And one day said kemo sabe / Kiss my ass I bought a boat / I’m going out to sea’. De term ‘kemo sabe’ ofte ‘ke-mo sah-bee’ is het koosnaampje dat Tonto gebruikte voor zijn baas. Het zou teruggaan op een Indiaans woord (etymologie niet helemaal zeker) dat iets als ‘trouwe vriend’ betekent. Al snel werd de term in de States te pas en te onpas gebruikt om een gekende op een vriendelijke of minder vriendelijke manier te bejegenen. Je hoort ‘kemo sabe’ dan ook vaak in T-series. Aan het eind van die strofe keert Lovett terug naar het beeld van zijn pony op de boot. In de laatste strofe krijgt dat zijn beslag. Al blijft het wat vaag, het lijkt een geval van ‘wij tegen de rest van de wereld’, een vertrouwd gevoel, al is die ‘wij’ hier één mens, één boot en één pony: ‘I would not scare my pony on my boat out on the sea’. ‘If I Had A Boat’ is pure poëzie. Daar kunnen we het allicht over eens zijn. Het blad Rolling Stone plaatste het op 87 in zijn indrukwekkende lijst van 100 grootste country songs en karakteriseerde het als ‘abstract, absurdistisch en meditatief’ (we vatten het samen) Je moet dus niet (te veel) zoeken naar een welomschreven redenering, je moet vooral afgaan op het gevoel dat opwelt bij beluistering. En emotie, dat heeft dit zalige lied te koop.
En toch! Toch kan je een duidelijke lijn zien in deze snapshots. Alle beelden hebben immers betrekking op het bittere verlies van een liefde, die onverwoestbaar leek: The Lone Ranger en Tonto, die af wil van het ‘dirty work’ (!) van en voor zijn baas, Roy en Dale… Trigger is dan een toppunt van trouw: toen het stierf liet Roy Rogers het zelfs opzetten. Dit bittere verlies moet Lyle zo hoog gezeten hebben dat hij het enkel omfloerst, in gevleugelde beelden tot uitdrukking kon brengen. Zo bekeken is de trouwe pony een vorm van troost, een surrogaat voor de verloren vriendschap annex liefde, waarbij de boot op de oceaan het ontsnappen symboliseert. Een haast kinderlijke reactie op het échec? Jazeker! Dat ‘kind zijn’ is een kenmerk van Lyle Lovetts leefwereld en daarop aansluitende rijkdom aan beelden, vaak kinderlijk onverwacht. De wereld gezien door de ogen van een volwassene die kind wist te blijven.
Je kan ‘If I Had A Boat’ beslist nog verder ontleden, maar dat zou de schoonheid van deze poëtisch gesublimeerde ontboezeming alleen maar doen afkalven. Toch blijft er die éne vraag: waar heeft Lovett het beginbeeld vandaan? Want het is ‘te mooi om niet waar te zijn’, een idee dat we in zo’n geval wel vaker koesteren. Geloven of niet (wij hebben gezonde twijfels…), Lovett heeft er ooit een hint over gelost. Hij beweert (misschien om af te zijn van de steeds weerkerende vragen hieromtrent?) dat hij ooit met een pony door een plas, poel of vijver reed, wat niet zo best wilde lukken. Hij zou zich toen een boot gewenst hebben om aan de overzijde te geraken… My ass! Laat ons dan maar bodemloos en volstrekt ontroostbaar zijn en blijven in de liefde! Hier die pony, zeg ik u! Merci, Lyle, en vergeet je zuidwester niet.
Antoine Légat.